Kathedralen, Spanje staat er vol mee. We vertellen u graag welke van degene die wij bezocht hebben, onze favoriete zijn, en welke u dus zeker niet moet overslaan als u de kans heeft ze te bezoeken. We hebben drie kathedralen uitgekozen voor dit bericht, ze staan in willekeurige volgorde.
Kathedraal van Sevilla (Andalusië)
De Catedral de Santa María de la Sede is een grote, gotische Kathedraal in de hoofdstad van de gelijknamige provincie Sevilla, een Koningsstad. De kathedraal vormt de hoofdkerk van het aartsbisdom Sevilla. De Kathedraal is een vijf-beukige kruiskerk met kapellen en is maar liefst 127 meter lang, 83 meter breed en 43 meter hoog. Daarmee is het na de Sint-Pietersbasiliek in Rome en de St Paul’s Cathedral in Londen het grootste kerkgebouw van Europa, en tevens het grootste gotische kerkgebouw ter wereld. De Giralda, oftewel de meer dan 100 meter hoge klokkentoren van de Kathedraal, is te beklimmen, met een ultiem uitzicht over Sevilla als beloning. Sinds 1987 staat Catedral de Santa María de la Sede op de lijst van Werelderfgoed van de UNESCO.
Kathedraal de Palma (Balearen)
De Catedral de Santa María de Palma de Mallorca is gelegen in de hoofdstad van het Balearische eiland Mallorca en ligt aan de Middellandse Zee. Een gotisch juweel, met uitzicht op zee; heel bijzonder. De Kathedraal van Palma vormt de belangrijkste culturele attractie van het eiland Mallorca. In de Kathedraal heeft niemand minder dan de Catalaanse architect Antonio Gaudí nog restauraties uitgevoerd en details toegevoegd. Ook het grote glas-in-loodraam is adembenemend.
Kathedraal Malaga (Andalusië)
Er is ruim 200 jaar voor nodig geweest om deze kathedraal te bouwen, en hij is eigenlijk nog steeds niet af. In 1528 is men begonnen op de fundering van een oude moskee. Tijdens het bouwproces waren er continu problemen met de financiering van de kerk. In 1782 is men, omdat het geld toen echt op was, definitief gestopt met bouwen. De rechtertoren is hierdoor nooit voltooid. De kathedraal heeft dus een complete toren èn een halve toren. De Malagueños noemen de kathedraal door dit mankement liefkozend ‘La Manquita’, wat zoveel betekent als ‘één-armige of manke dame’.
Omdat er twee eeuwen voor dit bouwwerk nodig zijn geweest is er ook een rijke variatie aan stijlen ontstaan. Het lage gedeelte heeft een Gotische stijl. Eén van de deuren is gemaakt in de Renaissance-stijl, en de Barokstijl komt terug in de decoratie van de voorgevel. Vooral vanaf de Calle Cister, aan de linkerzijde van de kathedraal, is het verschil in stijlen goed waar te nemen. Hier vlakbij is overigens het Museo Picasso, ook een bezoekje meer dan waard.
(Op de foto ziet u de Kathedraal van Sevilla.)